Shi Ying
Shi is in 2015 met haar ouders uit China naar Nederland gekomen. Als christenen waren ze niet meer veilig, en moesten ze vluchten.
Lees meer
V: Wat vind je leuk om te doen?
A: Ik tennis graag, dit doe ik al bijna 25 jaar. In 2021-22 heb ik soms wat minder gespeeld in verband
met mijn transitie.
V: Wie is je grootste jeugdidool?
A: Serena & Venus Williams! Toen ik jong was, waren zij bijna de enige tennisspeelsters van kleur. Ze
tennisten op een fascinerende, krachtige en elegante manier. Veel leuker om naar te kijken dan vele andere
spelers van die tijd.
Ik ben in 1983 in het Brabantse Tilburg geboren, en in Boxtel opgegroeid. Officieel ben ik dus geen ‘migrant’, maar zo voel ik me vaak wel: als Pakistaanse, als Nederlander, als Moslim, en als transgender, migreer ik constant tussen verschillende culturen en genders.
Ik ben opgevoed in zowel de Pakistaanse als de Nederlandse cultuur, thuis en op school.
Mijn vader kwam eerst naar Nederland – op ongeveer 16-jarige leeftijd vertrok hij in de jaren ‘70 uit zijn dorp in Pakistan. Waarom? Een beter leven. Zijn familie had voor het noodzakelijke reisgeld gespaard, en deels geleend van de familie van mijn moeder en anderen. Hij vond snel een baan, later ging hij aan de slag als productiemedewerker in de meubelfabriek in Sint-Oedenrode. Mijn moeder volgde enkele jaren later, als gevolg van het huwelijk dat hun ouders hadden gearrangeerd in het thuisland. Haar familie was één van de meest welgestelde in het dorp: mijn opa, die eerst leraar was, had jaren ervoor een winkel in materialen voor het huis en bouwmaterialen geopend.
Ik ben opgevoed in zowel de Pakistaanse als de Nederlandse cultuur, thuis en op school. Op school ben ik erg gepest. Niet per se omdat ik een andere, niet-Westerse achtergrond had; ik zat immers op een zogeheten ‘zwarte school’, waar meer dan de helft van de leerlingen ouders hadden uit het buitenland. Sterker nog, bij ons waren er maar drie oorspronkelijk Nederlandse kinderen in de klas. Nee, ik werd gepest om mijn gender. Omdat ik er misschien niet als de andere ‘jongens’ uitzag – mijn gedrag was ‘vrouwelijker’ dan veel andere jongens, en mijn stemgeluid hoogstwaarschijnlijk een stuk hoger – werd ik al snel uitgemaakt voor ‘meisje’ of ‘homo’. Nou is er natuurlijk niets mis met de benaming zelf; maar het was het pesten dat me pijn deed.
Dit vormde een sterk contrast met mijn allervroegste kinderjaren. Tussen mijn 1e en 5e heb ik in Pakistan gewoond. Hier had ik juist het gevoel dat ik heel liefdevol werd ontvangen. We woonden in het huis van mijn vader en diens familie, omringd door ooms, tantes, opa’s, oma’s, waar ik volledig mezelf mocht zijn. Ik mocht bijvoorbeeld armbanden dragen. Kon mijn meer ‘feminiene’ gedrag tonen – iets waarvoor ik later in Boxtel voor ‘mietje’ uitgemaakt zou worden.
In Pakistan denken we al duizenden jaren veel minder in ‘binaire’ genders: er zijn weliswaar mannen en vrouwen, maar ook ‘andere’ genders.
Ik denk dat ik deels met zoveel extra liefde werd omgeven, omdat ik een soort speciale status had: ik was op toen immers het enige kleinkind, en bovendien de eerste van de familie geboren in een Westers land. Er was echter waarschijnlijk nog een reden: in Pakistan denken we al duizenden jaren veel minder in ‘binaire’ genders: er zijn weliswaar mannen en vrouwen, maar ook ‘andere’ genders. Dit manifesteert zich het meest in de ‘hijra’ gemeenschap, een algemene term om transgender vrouwen aan te duiden in Pakistan en omliggende landen. In Pakistan worden we officieel erkend als een ‘derde geslacht’: op mijn paspoort kan ik laten vermelden dat ik transgender ben. Wat in Nederland als ‘anders’ gold, was dat in Pakistan dus niet zozeer.
Dat neemt niet weg dat mijn ouders liever hadden gezien dat ik niet zo queer was, maar dat ik me tot een traditioneel Pakistaanse man zou hebben ontpopt, inclusief vrouw en kinderen. Ik ben ook niet meteen uit de kast gekomen: pas op mijn 26e deelde ik op televisie meer over mezelf, bij Sophie Hilbrand op BNN. Ik vertelde over ‘gay’ zijn (zo identificeerde ik mij destijds nog meer) – ik wist immers niet wat de gevolgen thuis zouden kunnen zijn. De uitzending vond plaats toen mijn ouders drie maanden in Pakistan verbleven, dus ik dacht dat ze het niet zouden zien. Uiteindelijk kwam het ze natuurlijk wel ter ore, en mijn coming out op televisie viel niet helemaal in goede aarde: het werd gezien als een schande.
Ze accepteren me, maar er is ook veel afwijzing. Ik heb me deels vrij gevoeld, maar vrijheid en daarvoor ‘vechten’ komt met een prijs. Nergens worden transpersonen helemaal geaccepteerd. Ik voel me zowel Pakistaanse als Nederlandse, hoewel we natuurlijk niet van rigide culturele elementen hierin kunnen spreken. Het ‘Pakistaanse’ in mij zit onder andere in mijn wens altijd ‘het beste van mezelf’ aan de ander te geven. Deel je een broodje, dan geef je de ander het lekkerste deel. Logeert er iemand bij je, dan geef je hem de meest comfortabele kamer. De ander is belangrijker dan jezelf. Hoewel ik merk dat ook dit wereldwijd aan het veranderen is; mensen zijn steeds meer genoodzaakt zichzelf te prioriteren. Ook volg ik Islamitische en Pakistaanse gebruiken als henna aanbrengen op mijn handen. Voor mij is het een combinatie van religie, cultuur, en spiritualiteit – het loopt in elkaar over voor mij als persoon.
Soms refereer ik bijvoorbeeld naar ‘jullie Nederlanders’, andere keren zeg ik weer ‘wij’.
Het ‘Nederlandse’ element in mij is mijn praktische insteek. Als ik het avondeten klaarmaak voor mij en mijn Iraans/Perzische vriend, vindt hij bijvoorbeeld dat het ‘te weinig’ is: ik zou altijd tenminste het dubbele moeten koken. Uiteindelijk verschilt het per situatie met welke identiteit ik me associeer. Soms refereer ik bijvoorbeeld naar ‘jullie Nederlanders’, andere keren zeg ik weer ‘wij’. Van alle identiteiten heb ik als het ware elementen genomen, en heb hier iets van mezelf van gemaakt. Dat is mijn intersectionaliteit.
In mijn dagelijks leven help ik mijn medemensen in een vergelijkbare positie als ik. In 2017 heb ik de stichting Prisma Groep opgericht, na al enkele jaren werkzaam te zijn geweest met deze specifieke doelgroepen. Onze missie is primair het ondersteunen van BIPOC (Black, Indigenous, and people of color) en LHBTQIA+, o.a. door ongedocumenteerde mensen te helpen zichzelf zo goed mogelijk voor te bereiden op de asielprocedure binnen de Immigratie- en Naturalistiedienst (IND). En ze te voorzien van kennis over de Nederlandse samenleving. Ik help deze mensen hun verhaal te vertellen, in de vaak juridische taal van het IND. Hier voel ik soms een spanningsveld: aan de ene kant geloof ik niet dat je mensen in hokjes kan plaatsen. Aan de andere kant moet je de taal van het bureaucratische systeem spreken om een plek voor jezelf te bemachtigen: bijvoorbeeld een plek als ‘queer asielzoeker’.
Inmiddels voel ik me meestal erg goed over mijn ‘transitie’. Het spirituele aspect is hierin voor mij het belangrijkst. Het gaat dus niet om het nemen van hormonen, operaties, enzovoort. Dat vertegenwoordigt slechts een oppervlakkig aspect, aangezien wij als transvrouwen ons moeten aanpassen om een zo veilig mogelijk leven te leiden. Tegelijk is het weerspiegeld zien van onze innerlijke schoonheid in het uiterlijke, een van de mooiste ervaringen: jezelf in de spiegel zien als een mooi persoon, een mooie entiteit.
Zo zal ik altijd blijven migreren. Als Pakistaanse, als Nederlander, als hijra.
‘Hijra’ komt van het Arabische woord ‘hijr’ dat ‘migreren’ betekent: haar ervaring is dat trans personen altijd moeten migreren vanuit hun wijk, familie, geliefden, land en gender.
Interview: Joost Backer
Editing: Joost Backer
Foto's: Esther Frank
MYgration is een samenwerking tussen het Wijdoenmee! initiatief, het Haella Fonds, Correspondents of the World, en Broadcast Amsterdam.
Het publieke debat over migratie in Nederland blijft gepolariseerd. Aan beide kanten van het spectrum wordt in de reguliere media vaak gesproken over immigranten, vluchtelingen en asielzoekers, met als gevolg dat de verhalen een wij/zij-kloof in stand houden. MYgration probeert deze kloof te overbruggen door een ruimte te bieden waar mensen hun verhaal in hun eigen woorden, en op hun eigen manier, kunnen delen. Daarmee biedt MYgration een multidimensionaal portret van deze ervaringen rondom migratie.
Help ons alsjeblieft deze verhalen op welke manier dan ook te delen. Samen kunnen we het begrip van onze samenleving over migratie - en de mensen hierbinnen - verbeteren.
Shi is in 2015 met haar ouders uit China naar Nederland gekomen. Als christenen waren ze niet meer veilig, en moesten ze vluchten.
Lees meerPavel en Evgenii kwamen in 2018 naar Nederland. Ze ontvluchtten hun thuisland Rusland na bedreigingen van de Russische overheid rondom hun voltrokken homohuwelijk.
Lees meerZeynep is geboren in Kürecik in Turkije. In 1985 kwam ze als Koerdische politieke vluchteling naar Nederland.
Lees meerMax kwam in 1951 als kleuter naar Nederland, omdat zijn vader in het Koninklijk Nederlands Indisch Leger (KNIL) had gediend.
Lees meerGhada gaf Engelse les in heel Syrië – terwijl ze haar zes kinderen opvoedde. Toen haar oudste zoon de middelbare school afrondde en het risico liep om het leger in te moeten, vluchtte ze met haar gezin naar Turkije.
Lees meerIn dit project ontmoet je verschillende mensen die om uiteenlopende redenen hun eigen land hebben verlaten om naar Nederland te komen. Ontdek waarom.
Lees meer© 2024 by Correspondents of the World.
Template by CocoBasic. Webdesign by Janosch
Haber. Contact: joost@correspondentsoftheworld.com